A real mindfuck
mei 14, 2018
Het leven binnenhalen
augustus 29, 2018
Laat alles zien

De Zendo als een stookplaats

Het is best wel een leuke metafoor om over zen te praten als ware het mentale fitness. Er is echter wel een groot verschil tussen fitness en zen bedrijven: fitness is veelal bedoeld om fit te blijven, je spieren te trainen met daarnaast toch ook wel de intentie om een figuur te behouden wat overeenkomt met mooi, slank, gespierd en atletisch. Zen bedrijven als fitness is wezenlijk iets anders. Het is een training met in zichzelf geen enkel doel. Je gaat zitten en observeert en telt je adem, van 1 naar 10 en weer terug. Je probeert alleen maar gewaar te zijn wat er bij die observatie opvalt. Je leert steeds subtieler waar te nemen en de aandacht vol concentratie te richten op die wellicht saaie oefening. Je traint daarmee de aandacht en de discipline om vol te houden en alles wat ertussen komt – en de gedachten dringen zich al heel snel op – op zij te duwen als een wolk aan de hemel. Deze training maakt je klaar voor situaties die lastig en moeilijk zijn omdat ze een appèl doen op iets in je wat niet zomaar gewend is tevoorschijn te komen.

Aandacht is nodig om de geest – het denken – te beteugelen, te louteren. Gedachten zijn nodig om problemen op te lossen, ons te brengen van A naar B en op die manier is het functioneel en dient het de effectiviteit van ons handelen. Dit functionele denken betreft echter maar een klein deel van ons denken. Voor het grote deel zijn we verstopt geraakt in wat genoemd wordt conceptueel denken.

In haar boek “alle dagen zen” van Joko Beck haalt zij Eido Roshi aan die zei: “de zendo is geen vredige toevluchtshaven maar een stookplaats voor het verbranden van onze egoïstische waanideeën.“ Joko schrijft verder en zegt: “We bevrijden ons van het conceptuele denken wanneer we door volhardende observatie de onwerkelijkheid van onze zelfzuchtige gedachten inzien. Dan pas kunnen we er onaangedaan en wezenlijk onberoerd onder blijven. Dat betekent niet dat we een kil mens moeten zijn. Het betekent in tegendeel, niet langer door de omstandigheden worden gegrepen en meegesleurd.”

De zendo als stookplaats om onze gedachten over wie we zijn, over hoe anderen zijn en ook over wat ons allemaal overkomt te verbranden. Niet zoals bruinkool dat doet – een zachte brandstof – met veel residu en afval maar als antraciet, de harde steenkool die een hoge verbrandingswaarde heeft en alles opbrandt totdat er niets over blijft.

Joko zegt hierover: “Wanneer we zachte steenkool stoken, misbruiken we onze geest zodat die constant verstopt zit met fantasieën, meningen, verlangens, speculaties en oordelen – en in dat moeras proberen we de juiste handeling te vinden!”

De rotzooi van die onvolledige verbranding kan voor mij en voor jou tragisch zijn. Laten we goed oefenen.

Namasté,

Sjaak Ruivenkamp

Comments are closed.