Het angst-systeem, de vecht-vlucht-bevries modus, speelt een grote rol bij de wijze waarop wij relaties aangaan. In onze kindertijd, de leergeschiedenis, wordt een fundament gelegd over de diepte, de intimiteit, de vrijheid die relaties kunnen en mogen hebben.
In die afhankelijke fase heeft elk kind liefde, warmte, erkenning, waardering en aandacht nodig. Noem het de oersoep. In die fase van behoeftigheid kan volgens de interpretatie van het kind veel mis gaan. Het gaat daarbij niet over er wat er gebeurd is maar juist wat niet gebeurde, wat ontbrak!
Dit kan tot gevolg hebben dat we een volwassene zijn geworden die erg veel voorwaarden stelt en gevoeligheden heeft voordat een veilige band met andere mensen gebouwd kan worden.
Een ander gevolg kan zijn dat je moeilijk je onafhankelijk kan voelen in een (intense) relatie. Verbonden zijn met de ander en toch je autonomie vorm en aandacht kunnen geven in je leven. Ergens in je leergeschiedenis is het ontvangen van liefde en aandacht (oersoep) dan gekoppeld geraakt aan je afhankelijk naar die ander opstellen.
We zitten vol met dergelijke geconditioneerde koppelingen waarin we ‘regelen’ wat we fundamenteel nodig hadden als kind en daarmee nog steeds – nu als volwassene – iets van onszelf prijsgeven. Dat kan gaan over je autonomie of wellicht gaat het wel over het niet meer uiten van je emoties en je behoeften ondergeschikt maken aan die ander of juist andersom en je boven die ander opstellen.
Relaties kunnen dan een context zijn waar je angst-systeem snel getriggerd wordt, waar je weinig ruimte voelt om je spontaan en plezierig te voelen. Ook oppervlakkige relaties kunnen een bron zijn van interne spanning en alertheid. Omgaan met duidelijke grenzen – gezag, hiërarchie en regels – zijn voor velen een context waarin de weerstand, het verzet snel de kop opsteekt. Je ageert, gaat er tegenin, voelt je aangevallen, gekleineerd, allemaal emoties die het vecht en vlucht centrum activeren en ons laat reageren.
Zen meditatie is de training waarbij we ons leren te onthechten van die dwingende gevoelens en de gedachten die daar bij horen. Het begint met bewustwording, mild observeren wat gaande is. Het helemaal willen leren kennen wie jij bent in die situatie, zonder oordeel. Het kind in jezelf willen verbeelden en begrijpen hoe dat kind tot die gevoeligheden is gekomen. Zonder eisen te stellen aan jezelf, probeer je te accepteren wat jou zo kleurt, jou zo typeert. Liefdevol met respect voor het ontstaansproces.
Om dat te leren is verstilling nodig: zazen. Wat typeert jou in allerlei relaties?
Namasté,
Sjaak Ruivenkamp