In onze tijd van polarisatie, fake-news, deep-fake video’s, is het bijna niet meer zeker te weten wat de werkelijkheid is. We zijn zo bezig met framen, er een beeld van te maken wat overeenkomt met onze wil, dat de werkelijkheid steeds meer uit beeld aan het geraken is. Zen is onze wil overeen laten stemmen met de werkelijkheid. In deze tijd zien we echter dat de wil de werkelijkheid bepaald, totdat deze ontmaskerd wordt om verwisseld te worden met een andere werkelijkheid die weer andere belangengroepen dient.
De wil is een persoonlijk palet aan wensen, verlangens, verwachtingen, voorkeursposities en het tegenovergestelde, dat wat we niet willen, verafschuwen, ontwijken en vermijden, dat waar we afkeer bij voelen, waar we ons schrap tegenoverstellen. Het is een persoonlijk profiel, met als grondslag gestolde ervaringen die ons doen grijpen (verlangen naar, we willen er meer van) of doen wegduwen (we willen het niet en voelen weerstand als het er toch is). Deze gevoelens van begeerte en afkeer betekenen dat de primitievere lagen van ons brein actief zijn; we staan aan!
Dat ‘aan staan’ is een interessant gegeven. Het is een toestand waarin het mensenbrein ondergeschikt is aan het onbewuste brein (zoogdieren, – en reptielenbrein); het mensenbrein creëert ondersteunende en vooral logische verhalen, rationalisaties, waarmee we strevend (gericht op begeerte) dan wel afwerend ( gericht op onze afkeer) onszelf in de gegeven context manifesteren. Dat betekent dat we helemaal niet meer de werkelijkheid aanschouwen maar plaatsen in het frame van onze gevoelde werkelijkheid, gebaseerd op onze gestolde ervaringen. We plaatsen onbedoeld een waas over de werkelijkheid en zien dan datgene waardoor we ‘aan staan’.
Deze rationalisaties – het denken wordt ten dienste gesteld aan ons overlevingsbrein – hebben de neiging diepgeworteld te raken in onze persoonlijkheid. Deze narratieven omvatten allerlei kernovertuigingen over wie we zijn, en hoe we ons dienen te presenteren aan de wereld. In de wereld liggen allerlei sjablonen klaar waar onze persoonlijke rationalisaties in passen; we gaan behoren bij de ‘linkse wolk’ of staan meer conservatief in de wereld, of we behoren tot de rebellen en worden lid van extinction rebellion, of we worden getriggerd door het onrecht van de boeren en plaatsen een omgekeerde vlag in onze tuin. Ergens raken die collectieve sjablonen ons gevoel, dat wat er al was, we worden gezien en voelen ons verbonden; we sluiten ons aan en schikken ons in het opgelegde narratief van het collectief. We verbinden ons ermee en uiteindelijk gaat het ons imago bepalen. Zazen probeert je daar doorheen te laten breken; door te zitten in stilte en door de koan studie. Het kan een emotioneel proces zijn omdat aan de fundamenten van je persoonlijkheid geduwd en getrokken wordt.
Dit proces wordt in de zen geduid met een uitspraak van een zenmeester tot zijn leerling: “Vóór je zen beoefende dacht je dat de bergen bergen waren, en de rivieren rivieren. Tijdens het beoefenen van zen ontdek je dat bergen geen bergen zijn en rivieren geen rivieren zijn. En als je tot inzicht bent gekomen, weet je dat bergen bergen zijn, en rivieren rivieren.” Dit plaatje in de weg naar verlichting is terugkeren naar de oorsprong, is aankomen bij de dingen zelf. Oorsprong is de concrete wijze waarop elk ding en elk levend wezen bestaat. Daarvoor moet je wakker en alert zijn zonder ‘aan te staan’. Het is een ontspannen geconcentreerde houding waardoor je het wezen van alles kan doorzien.